Tony Le Duc is sinds 1985 actief als foodfotograaf.
Gaandeweg nam hij zowat alle culinaire producties voor zijn rekening in de magazines Weekend Knack, waarvoor hij nog steeds werkt, en Elga, de voorloper van Feeling. Zijn stijl werd steeds meer experimenteel en uitgepuurd. Soms toont hij alleen een fragment van een groente, dan weer componeert hij een origineel beeld in kikkerperspectief. Zijn eigenzinnige aanpak werd opgemerkt in internationale kringen, onder meer op de World Food Media Awards, de culinaire Oscaruitreiking waar hij ondertussen al vier keer goud haalde. Hij werkt vandaag ook voor het magazine Nest, maar besteedt het grootste deel van zijn tijd aan foodfotografie voor boeken. Het eerste, Koken met ... Felix Alen, verscheen in 1994. Later volgden onder meer De Belgische keuken (1995), Eigentijds en eigenzinnig van Piet Huysentruyt (1997), het in Groot-Brittannië uitgegeven The Blue Elephant (1999), Frank Fols Groenten en Wijn (2002) en het bekroonde Vis en Wijn (2004) van De Standaard-medewerker Marc Declercq, Perfecte Pralines (2004) van Jean-Pierre Wybauw en Uit de grond met Wouter Keersmaekers (2004). In het kader van Antwerpen Boekenstad 2004 maakte Le Duc een eetbaar boek dat gratis werd uitgedeeld. In 2004 richtte hij samen met culinair journalist Filip Verheyden de uitgeverij Homarus op. Die bracht een reeks originele, vormelijk sterke boeken uit: het succestrio De Basis (2004), Het Product (2005) en Het Gerecht (2006), Modern Zoet (2005), Sergio (2005), Willy Slawinski (2007) en De keuken van ons moeder (2007).